Boyolali en Julie, een Indisch meisje eind 2017 of begin 2018

Boyolali en Julie, een Indisch meisje eind 2017 of  begin 2018

San Remo 5 juni 2001 - afscheid van Julie

Julie schrijft een van de kinderen op 21 augustus 1998:



Met Julie aan de borrel in haar huisje in de heuvels van San Remo was het altijd gezellig zo rond 5 uur in de namiddag. Soms vertelde zij dan over haar dromen. Hardop mijmerend vertelde zij graag met een ironische ondertoon dat zij een reïncarnatie zou zijn van de Romeinse Keizer Hadrianus die samen met zijn geliefde Antinous regelmatig de gezonde lucht van San Remo was komen opsnuiven. 

Deze ironische toon was meteen een steek onder water naar Anton (Antinous), haar ex man en de vader van hun 12 kinderen. Anton zou graag de Keizer hebben gespeeld in hun leven met Julie als Antinous aan zijn zijde. De droom van Julie zou moeten vertellen dat het eigenlijk precies andersom was geweest tijdens hun huwelijk.

Julie had dat wel vaker gedaan in haar leven, haar dromen vertellen als een soort ironische uiting van wat er zich in haar ‘geest’ zoal afspeelde. Het waren ook momenten die om oplettendheid vroegen. Julie sprak dan in gedroomde metaforen maar vertelde eigenlijk kleine stukjes uit haar verleden. Het is goed mogelijk dat Julie zich heeft laten inspireren door de boeken van de Franse schrijfster Marguerite Yourcenar. Yourcenar stond bekend als een feministe maar ook als aanhangster van het humanisme en het individualisme. Julie voelde zich om die redenen sterk verbonden met Yourcenar. 

In 1951 was het boek ‘Herinneringen van Hadrianus’ verschenen en vanwege de toenemende populariteit opnieuw in druk genomen. Julie was nooit zo mededeelzaam over haar gevoelens en emoties geweest. Als zij veel drank op had, was het niet zeker wat waarheid en fictie was. Haar nalatenschap is als een grote puzzel van duizenden stukjes waarvan een groot gedeelte een onbestemde kleur heeft. 

Toen Julie was gestorven, werden haar schamele persoonlijke bezittingen op een kleine tafel uitgespreid zodat de kinderen en kleinkinderen een keuze konden maken. Het stelde niet veel voor. Het waren wat broches, kettingen en andere kleinigheden van weinig waarde. Versiersels waar Julie eigenlijk niet aan gehecht was. 

De puzzelstukjes bestaan merendeels uit een grote hoeveelheid verhalende anekdotes en een 30tal oude foto’s en een aantal brieven. De kleine collectie schilderijen en wandkleden die over Nederland en Duitsland zijn verspreid vertellen meer over haar grote artistieke talent dan over Julie’s leven. Een leven dat verteld kan worden vanaf haar grootouders in Nederlands Indië circa 1840 en zo’n 130 jaar laten zal ophouden als Julie haar laatste kind krijgt. In de periode daarna zal Julie zich steeds onafhankelijker gaan opstellen en zich in 1992 laten scheiden van Anton die zij in 1947 heeft leren kennen.

Julie was volgens de dokter die enige uren later langskwam, maandagavond laat op 4 juni of op dinsdagochtend 5 juni vlak na middernacht gestorven. Het lichaam van Julie had het een tijdje terug al laten afweten. Haar lever was door een cirrose enorm gaan zwellen en hield veel vocht vast. Van het ziekenhuis wilde zij echter niets weten. Ook niet van pijnstillers zoals morfine. Julie had haar eigen technieken om met pijn om te gaan. Zij ging er met haar wilskracht ‘omheen’. 

Zo deed zij dat al jaren. Zij was met deze vorm van ‘pijnbestrijding’ al heel vroeg in haar leven begonnen. Als Julie 'pijn' had dan was zij eigenlijk onbereikbaar. Als haar kinderen pijn hadden dan probeerde zij eerder haar pijnbestrijding techniek over te brengen dan hen te troosten. Of is troosten je eigen pijn leren te bestrijden? 

Julie was al enige dagen voor haar overlijden heel kalm en berustend. Nog op zaterdag moesten er veel boodschappen gedaan worden. Dat leek onnodig want de schappen in de keuken stonden overvol met Italiaanse en Indonesische pakjes en potjes en ook de koelkast leek overvol. 'Je weet maar nooit wie er allemaal langskomen' vertelde Julie. Op maandagochtend 4 juni was Julie stiller dan voorheen. Haar blikken naar buiten gericht door het raam met zicht op de groene heuvels stonden vaak op oneindig. 

Waar ben je Julie? 'Oh, ik denk aan mijn vader en moeder en aan mijn broer'. Julie was kennelijk weer terug in Indië. Carlo, haar vriend, was zeer onrustig geweest en liep veel in en uit. Hij moest tot rust gemaand worden. Het is goed Carlo, Julie is aan het loslaten werd hem gezegd. ’s Avonds rond negen uur zei Julie: “ik ben moe, ik ga nu slapen”.


Een gedicht dat aan Hadrianus is toegeschreven terwijl hij stervende was:

"Dierbaar teer en zwevend zieltje, metgezel van mijn lichaam, dat je gastheer was, je zult straks dalen naar die bleke, harde en kale oorden en afstand moeten doen van al je speelsheid van weleer".


Julie voelde die dinsdagochtend rond zeven uur al wat koud aan. Met haar arm achter haar hoofd lag zij wat naar boven opgeschoven op haar hoofdkussen. Zo lag zij vaker tijdens de ochtenden. Op die manier kon zij uitkijken over de groene heuvels en naar de Middellandse Zee kijken. Onder haar vergezicht kon zij dan het ontwakende San Remo horen. Naast haar lag het pakje sigaretten waar zij bijna twee dagen niet meer van had gerookt. Zij vertelde op  de voorgaande zaterdag dat roken eigenlijk heel ongezond was en dat zij er mee was opgehouden. Ook met haar dagelijkse drankjes zoals Campari Blanco rond het middaguur en dan de rode wijn bij het middageten. Zelfs de dagelijkse whisky die zij altijd voor het donker dronk was de afgelopen dagen in de fles gebleven. 

Met een warm washandje kon een beetje opgedroogd bloed in haar mondhoek makkelijk weggenomen worden. Julie was kennelijk niet geheel rustig ingeslapen. Maar nu lag zij er vredig en ontspannen bij. In de dagen erna lag Julie opgebaard in een open kist met ijskoeling en een zacht zoemende ventilator. ‘Julie On the rocks’ werd er gekscherend gefluisterd. 

De voorbereidingen voor een korte mis in het kerkje op 500 meter afstand van haar huis gingen vergezeld van het koken en eten van al de potjes en andere voorraad op de keukenplanken en in de koelkast. Julie had kennelijk voorzien dat er veel eten nodig was na haar overlijden. Het was eigenlijk helemaal niet zeker dat Julie een kerkmis had gewild. Wel was zij duidelijk geweest over haar crematie en het uitstrooien van haar as.

Eigenlijk kon je aan haar kleine kouder wordende lichaam helemaal niet zien dat zij 14 kinderen had gekregen. De miskramen niet meegeteld. Er zijn ook verhalen over een kind verwekt door een Japanse arts tijdens de bezetting periode toen Julie door deze arts als vluchtelinge was opgenomen in zijn huis  in Bandoeng.  Hij had haar geboeid aan zijn fiets meegenomen. Dat zij een kind van hem heeft gekregen heeft zij altijd als ‘wat een grote onzin’ afgedaan. Er waren ook goede Japanners geweest had zij verteld. 

Eerst kreeg Julie twee zoons van haar eerste man en later nog twaalf kinderen van Anton die in 1995 was overleden.  Hij had haar de avond van zijn overlijden nog gebeld. Zij wist dat het Anton was, maar Julie had de telefoon niet opgenomen. Julie had geen boodschap meer aan hem. In de laatste jaren was zij van 159 cm naar circa 155 cm geslonken. Haar Indische trekken waren altijd goed zichtbaar gebleven en toch was zij niet het typische Indische vrouwtje. Zij was heel duidelijk geen Nederlandse. Dat werd haar ook meteen verteld toen zij in 1946 in Nederland aankwam. Maar wat was zij dan wel. Een kind uit twee culturen. Of waren het er drie of nog meer?

De weinige foto’s en de vaak nog levendige herinnering aan hetgeen Julie wél kwijt wilde tijdens spaarzame momenten gaven soms een blijmoedig, soms een verontrustend beeld van een jong meisje en later jonge vrouw die onder buitengewoon moeilijke omstandigheden al heel jong volwassen moest worden. 

De stille tranen welden op bij Julie, als zij vertelde over de verschrikkingen tijdens haar gevangenschap in de gevangenissen van Bandoeng en Cheribon. Ook als zij kort maar hevig ontsteld vertelde over de verhoren op het kantoor van de Japanse Militaire Politie, de zo gevreesde Kempeitai

Ook de verhalen van haar moeder Charlotte, de Indische tantes en bezoeken aan Indonesië lijken een beeld te geven. Net zoals de vele boeken met en zonder foto’s over Indonesië die nog steeds aangevuld worden met nieuwe boekwerken, films en documentaires. Maar tijdens elke reconstructie zijn er soms belangrijke of onbelangrijk lijkende bouwstenen zoek. Kassian (-sorry in het Maleis), dat moet de lezer mij vergeven of anders waar mogelijk zelf aanvullen. 


1920 - Julie op de armen van haar moeder Charlotte Deuning. 
Pas na de geboorte van Julie zou Charlotte met Ferdinand trouwen


Julie, tweede van links. 1926 omgeving Klaten, Java



Julie samen met haar broer Boy - Bandoeng 1933


Julie in haar tuin te San Remo rond 1997



December 2000 San Remo - Julie over haar geboorte

Geen opmerkingen:

Een reactie posten