Julie liet begin 1947 haar
moeder Charlotte en de twee kinderen achter in het contractpension te Markelo
en nam de trein naar Amsterdam. Zij had een kamer in de Helmholzstraat in Amsterdam Oost gehuurd en
begon met solliciteren. Zij vond in korte tijd een betrekking bij een
advocatenkantoor als secretaresse aan de Vossiusstraat naast het Vondelpark. Julie kocht een oude fiets
en bezocht in de weekenden haar kinderen.
Een van de klanten van het advocatenkantoor was een lange knappe Hollandse man die de rekeningen van zijn aanvraag tot echtscheiding betaalde met de levering en onderhoud van gebruikte en de indertijd zeer schaarse schrijfmachines. Het merendeel van de Nederlandse schrijfmachines was immers door de Nazi's naar Duitsland afgevoerd en waren o.a. ingezet voor de administraties van de werkkampen en vernietigingskampen.
Een van de klanten van het advocatenkantoor was een lange knappe Hollandse man die de rekeningen van zijn aanvraag tot echtscheiding betaalde met de levering en onderhoud van gebruikte en de indertijd zeer schaarse schrijfmachines. Het merendeel van de Nederlandse schrijfmachines was immers door de Nazi's naar Duitsland afgevoerd en waren o.a. ingezet voor de administraties van de werkkampen en vernietigingskampen.
Hoe zou Amsterdam er
vandaag uit zien als men nooit aan de kolonialisering van Indië, Suriname of de
Antillen was begonnen? Vermoedelijk zou
Nederland dan het meest op Duitsland hebben geleken. Of liever nog op Zwitserland.
Daar worden immigranten pas na vele jaren en met grote moeite staatsburger. De
Zwitsers hadden onlangs nog verkiezingsposters waarop een wit schaap een zwart
schaap het land uit schopt. Zou het anders geweest
zijn als Nederland een provincie van Frankrijk was geworden? Nederland was van
1795 – 1813 door Napoleon geannexeerd. Pas in het voorjaar van 1814 vertrokken
de laatste Fransen uit Delfzijl. De VOC was al
in 1798 op de fles gegaan door oorlogjes en mismanagement.
Nederland zou er beslist geheel anders hebben uitgezien zonder al dat koloniale geld. Geen uitgebreide
grachtengordel met prachtige panden en geen paleis op de Dam. Nederland zou er
tuttig maar schoon en van vreemde smetten
vrij bij hebben gelegen. En vooral zonder die 6 miljoen immigranten die al
sinds 1500 Nederland zijn binnengekomen. Na de tweede wereld oorlog telde
Nederland circa 9 miljoen inwoners. Heden telt Nederland bijna
17.000.000 inwoners waarvan circa 3.500.000 met een allochtone achtergrond. Het (dalend) aantal moslims in Nederland is circa 1.000.000. Voor 1942 was Nederlands-Indië overwegend Islamitisch. Meer dan 50 miljoen moslims vielen onder het Nederlandse gezag.
De
meer dan 200.000 Indo-Europeanen die tot het begin van de zestiger jaren in
Nederland aankwamen zijn ondertussen bijna 3 generaties verder en mogen geschat
worden op circa 1 miljoen. Die zijn net als de allochtonen ook niet van vreemde smetten vrij. Maar Indo's behoren
volgens de normen niet bij de allochtonen want hun integratie zou zo mooi en
geruisloos verlopen volgens de trotse overheid.
De aardrijkskunde en
geschiedenislessen die Julie op haar katholieke lagere en middelbare scholen in
Bandoeng had mogen volgen waren van hoog Nederlands niveau geweest. Julie wist
exact waar Hoogezand en Sappemeer zouden liggen. Julie had 'Wien Neerlandsch bloed' op school met veel andere Indo kinderen leren zingen.
1. Wien Neerlandsch bloed in de aders vloeit,
Van vreemde smetten vrij,
Wiens hart voor land en koning gloeit,
Verheff' den zang als wij:
Hij stell' met ons, vereend van zin,
Met onbeklemde borst,
Het godgevallig feestlied in
Voor vaderland en vorst.
Over het protestantse Markelo hoorde zij echter pas toen zij
direct na aankomst in Rotterdam (nov. 1946) in een bus werden gezet om in een contractpension ondergebracht te worden
niet zo ver van het terrein van AZC Klompjan. Een in 1991 gevestigd asielzoekerscentrum.
Spreekt u Nederlands? - Of opmerkingen zoals ‘gut u schrijft werkelijk prachtig
Nederlands’ heeft Julie in de eerste jaren van haar aanwezigheid op
Nederlands grondgebied vaak mogen aanhoren. Haar beleefd wegkijken en glimlachend
maar met ingehouden boosheid gegeven antwoorden in uitstekend ABN ofwel Algemeen Beschaafd Nederlands was
eigenlijk het minst Hollands aan Julie. Het was een kwaliteit die Indo’s en
bijvoorbeeld Javanen met elkaar had verbonden.
Eind jaren vijftig schrijft volksschrijver Gerard Reve aan vriendin Josine Meyer "Een Nederlander is een soort Duitser die denkt dat hij geen Duitser is omdat hij melk drinkt." Is er ook een Indische variant op de woorden van Reve? "Een Indo is een soort Nederlander die denkt dat hij geen Hollander is omdat hij graag Indisch eet"? Lizzy van Leeuwen heeft een boek geschreven en het is geen kookboek maar op sommige punten is het wel heel pedis (scherp). Alfred Birney die ook lekker schrijft een referentie...
Eind jaren vijftig schrijft volksschrijver Gerard Reve aan vriendin Josine Meyer "Een Nederlander is een soort Duitser die denkt dat hij geen Duitser is omdat hij melk drinkt." Is er ook een Indische variant op de woorden van Reve? "Een Indo is een soort Nederlander die denkt dat hij geen Hollander is omdat hij graag Indisch eet"? Lizzy van Leeuwen heeft een boek geschreven en het is geen kookboek maar op sommige punten is het wel heel pedis (scherp). Alfred Birney die ook lekker schrijft een referentie...
In het Nederland waar Julie eind 1946 aankwam was de oorlog nog geen twee jaar voorbij. Er werden gezonde
Hollandse jongens geworven die als militair naar de Oost gezonden zouden
worden. De Nederlandse regering wilde ondanks internationale protesten het
koloniale gezag herstellen. Er werden zelfs razzia’s gehouden om
dienstplichtige weigeraars alsnog uit hun door de oorlog aangeslagen gezinnen
op te halen. Veel militairen wilden wel in dienst maar niet tegen de Indonesiërs vechten. Nederland zou nog vele
jaren ruziën met Indonesië over de datum waarop de Indonesische Republiek nou echt was
geboren. Volgens Indonesië 17 augustus 1945 en volgens de Nederlandse regering
27 december 1949.
De door de Indonesiërs gevoerde guerrilla oorlog die eerst de Bersiap periode heette en daarna opnieuw de onafhankelijkheidsstrijd. Was politiek gesproken op 27 december 1949 dan weliswaar voorbij maar het zou nog tot eind december 1957 duren voordat de Nederlanders economisch Indonesië gedwongen moesten verlaten vanwege de nationalisatie van alle Nederlandse bedrijven door de Indonesische regering. Hierbij stond het conflict over Nieuw Guinea centraal.
De door de Indonesiërs gevoerde guerrilla oorlog die eerst de Bersiap periode heette en daarna opnieuw de onafhankelijkheidsstrijd. Was politiek gesproken op 27 december 1949 dan weliswaar voorbij maar het zou nog tot eind december 1957 duren voordat de Nederlanders economisch Indonesië gedwongen moesten verlaten vanwege de nationalisatie van alle Nederlandse bedrijven door de Indonesische regering. Hierbij stond het conflict over Nieuw Guinea centraal.
Op de Indische
Nederlanders die niet bij de repatrianten hoorden maar in Indonesië waren gebleven werd
grote druk uitgeoefend om Indonesiër te worden. Hiervan hebben velen later
spijt gekregen vanwege de discriminatie en onderdrukking door de Indonesiërs en werden
spijtoptanten genoemd. Nederland deed er in vele gevallen heel lang over om
deze groepering alsnog de mogelijkheid te geven om naar Nederland te komen. Het niet los kunnen laten van het Indonesië van 17 augustus 1945 heeft
door politieke beslommeringen ook na 17 augustus '45 veel leed en verlies onder de
achterblijvers met Indo-Europees bloed veroorzaakt.
De politieke truc die werd bedacht om de Nederlanders en Indo-Europeanen die vanaf het begin van de oorlog met Japan in maart 1942 geen salaris meer hadden gehad omdat zij een functie hadden gehad onder de Nederlands-Indische regering en daarnaast al hun bezittingen kwijt raakten is tot op heden nog steeds een discussie. De Nederlands-Indische regering was in 1942 naar Ceylon en Australië ‘uitgeweken’.
Op Gouverneur-Generaal Tjarda van Starkenborgh Stachouwer na. Die was op zijn post gebleven en is via de gevangenis van Bandoeng eerst in een kamp op Taiwan en daarna in Mantsjoerije gevangen gehouden. Economisch viel Nederlands-Indië uiteraard wel onder de Nederlandse regering want die deed er alles aan om het gezag over het Indië van 17 augustus '45 zo spoedig mogelijk te herstellen. Nederland had immers veel (inkomen) te verliezen.
De politieke truc die werd bedacht om de Nederlanders en Indo-Europeanen die vanaf het begin van de oorlog met Japan in maart 1942 geen salaris meer hadden gehad omdat zij een functie hadden gehad onder de Nederlands-Indische regering en daarnaast al hun bezittingen kwijt raakten is tot op heden nog steeds een discussie. De Nederlands-Indische regering was in 1942 naar Ceylon en Australië ‘uitgeweken’.
Op Gouverneur-Generaal Tjarda van Starkenborgh Stachouwer na. Die was op zijn post gebleven en is via de gevangenis van Bandoeng eerst in een kamp op Taiwan en daarna in Mantsjoerije gevangen gehouden. Economisch viel Nederlands-Indië uiteraard wel onder de Nederlandse regering want die deed er alles aan om het gezag over het Indië van 17 augustus '45 zo spoedig mogelijk te herstellen. Nederland had immers veel (inkomen) te verliezen.
De emotionele en materiele
verliezen van de ‘binnenkampers en buitenkampers’ wogen kennelijk niet op
tegen de winsten die Nederland voorheen al had behaald en opnieuw binnen wilden
halen. De roep om compensatie werd door de regering
vertaald naar het oprichten van ‘werk en adviesgroepen’ en uitbesteed aan
Stichtingen die zelden tot een eensluidende conclusie kwamen. Waardoor de
regering opnieuw met de armen over elkaar kon blijven zitten. De spreekwoordelijke Indische Zwijgzaamheid van de Indo’s heeft
er kennelijk ook toe geleid dat de binnenkampers zich benadeeld
voelden ten opzichte van de buitenkampers.
Binnenkampers waren merendeels blank en hadden immers veel meer gepubliceerd over de door hun beleefde verschrikkingen in de kampen. Buitenkampers (veelal Indo’s) en een veel grotere groep hebben naar verhouding nauwelijks over hun ervaringen gesproken of geschreven. Julie heeft zich vanaf haar aankomst in 1946 tot aan haar overlijden in 2001 bijna altijd afzijdig gehouden van elke discussie over Japanners, back-pay, troostmeisjes, Japanse kampervaringen, buitenkamp ervaringen en is nooit lid geweest van Tempo Doeloe Indo clubjes.
Op vragen van haar kinderen gaf zij korte antwoorden. Aan haar gezicht kon je echter vaak aflezen dat de dramatische gebeurtenissen nog steeds een diepe innerlijke pijn veroorzaakte. Door kranten, radio en later de TV en haar vragende kinderen zou Julie echter nooit de kans krijgen haar Indische verleden en afkomst te kunnen vergeten.
Binnenkampers waren merendeels blank en hadden immers veel meer gepubliceerd over de door hun beleefde verschrikkingen in de kampen. Buitenkampers (veelal Indo’s) en een veel grotere groep hebben naar verhouding nauwelijks over hun ervaringen gesproken of geschreven. Julie heeft zich vanaf haar aankomst in 1946 tot aan haar overlijden in 2001 bijna altijd afzijdig gehouden van elke discussie over Japanners, back-pay, troostmeisjes, Japanse kampervaringen, buitenkamp ervaringen en is nooit lid geweest van Tempo Doeloe Indo clubjes.
Op vragen van haar kinderen gaf zij korte antwoorden. Aan haar gezicht kon je echter vaak aflezen dat de dramatische gebeurtenissen nog steeds een diepe innerlijke pijn veroorzaakte. Door kranten, radio en later de TV en haar vragende kinderen zou Julie echter nooit de kans krijgen haar Indische verleden en afkomst te kunnen vergeten.
Julie had in Bandoeng en Batavia altijd graag tentoonstellingen met oude en nieuwe kunst bezocht. Toen zij zich begin 1947 in Amsterdam vestigde bezocht zij de diverse musea en kon eindelijk de vele schilderijen zien die zij alleen van foto's in Indië had leren kennen. Met genoegen kon zij soms vertellen over hoe de Hollanders zich hadden laten 'bedotten' door kunstvervalser Han van Meegeren
Na hun aankomst in november 1946 werden Julie, oma Charlotte
en de twee jongens in een contractpension te Markelo ondergebracht
Nog tot 1951 zouden er vanwege grote tekorten veel goederen en voedsel
alleen via 'de bon' verkrijgbaar zijn.
Rijwielen mét banden en zonder bon Amsterdam 1947
Schillen werden hergebruikt om veevoeder van te maken. Amsterdam 1947
kunstschilders op de brug in Amsterdam 1947
Een straat in Amsterdam rond mei 1947
Ans van Dijk is de enige vrouw Nederlandse vrouw die na de oorlog ter dood
werd veroordeeld wegens haar verraad van joden.
Amsterdam, Haarlemmerstraat 1947
Amsterdam, hoek Paleisstraat de Dam 1947
1947 Luilak een volksfeest ook in Amsterdam de laatste zaterdag voor Pinksteren
Amsterdam 1947. Zomerstrand aan de Prins Hendrikkade
Protest vanwege de naar Indië vertrekkende militairen. Amsterdam 1947
Amsterdam 1947.
Kiosk waar je tijdschriften in kon leveren voor de militairen in Indië
Kiosk waar je tijdschriften in kon leveren voor de militairen in Indië
Amsterdam 1947. Walvisvlees was zonder bon te verkrijgen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten